Dag 44: Saint-Léonard-de-Noblat - Limoges

28 augustus 2017 - Limoges, Frankrijk


De gîte in Saint-Léonard-de-Noblat ligt prachtig precies tegenover de kerk. Het is warm dus ik heb het raam lekker opengezet. De meeste kerken totnogtoe luiden de klokken tot 10 uur 's avonds en beginnen 's morgens weer om 7 uur. Zo niet in Saint-Léonard. De kerk heeft klokken en dat zullen we weten ook. Ieder half uur zit ik zowat rechtop in mijn bed, want het lijkt alsof ze die klok naast mijn bed hebben staan. Daarnaast is er een vreemd fenomeen met mijn benen, eigenlijk de hele camino al. Als ik in bed lig en ontspan beginnen spieren in mijn benen samen te trekken. Ik kan daar niks aan doen, maar duurt daardoor wel vaak langer voordat ik in slaap val. 
Om zes uur gaat de wekker en als ik om half acht de deur uit stap heb ik Arno nog niet gezien. Het begin van de route vandaag gaat weer flink omhoog. Het is bewolkt, dus gelukkig is het nog niet zo warm. Ik pauzeer graag bij kerken, omdat ze daar vaak bankjes hebben of trappen waar je op kunt zitten. Zo ook vandaag. De eerste pauze is bij de kerk in Aureil en de tweede bij de kerk in Feytiat. Vanaf daar kom ik eigenlijk in de voorsteden van Limoges terecht. Vaak is het daar minder mooi om te lopen en zo ook hier. Vanaf Feytiat gaat het voor een groot deel langs een drukke provinciale weg. Daarna door brede straten in saaie buitenwijken. Het allerlaatste stukje is wel weer mooi. Een wandelpad daalt af tot aan de oever van de Vienne en van daar heb ik een prachtig zicht op de kathedraal. 
Via een oude brug steek ik de Vienne over en dan loop ik door steil stijgende straatjes naar de kathedraal. In de straat zijn jacobsschelpen gelegd om de pelgrims de weg te wijzen.
In de kathedraal maak ik eerste een ronde en dan kom ik een man tegen die vraagt of ik een tampon wil. Natuurlijk wil ik die, dus word ik naar de sacristie geleid, waar ik in een groot boek al mijn gegevens mag noteren in ruil voor een stempel in mijn credential. Dan is het tijd om een slaapplaats te gaan zoeken.
Ik bel aan bij de zusters franciscanessen tegenover de kathedraal. Via de intercom krijg ik te horen dat deze gîte vandaag gesloten is en ik word doorverwezen naar het 'Maison Diocesale'. Ik bel ze eerst, maar ik krijg het antwoordapparaat, waar ik tegen vertel dat ik er zo aan kom. Waarschijnlijk heeft nog niemand dat bandje afgeluisterd als ik er ben, want er zit niemand achter de balie. Sterker nog, er is helemaal niemand te bekennen. Bij de radiostudio beneden is een zitje met een koffieautomaat en een watercooler. Ik besluit daar te wachten. Na een aantal bekertjes lekker koel water hoor ik iemand boven met een sleutelbos. Als ik vertel dat ik er kom slapen kijkt hij me aan alsof dat al in geen jaren meer is voorgekomen. Maar vooruit, hij zal wel even iemand zoeken, en hij gaat door deuren waar ik alleen niet zomaar in had gedurfd. Uiteindelijk vinden we een mevrouw die me vertelt dat het kan. Voor 25 euro, vooraf betalen. In de gids stond dat het 20 euro kostte, maar ze kijkt zo streng dat ik er geen vragen over durf te stellen. Nadat ik heb betaald ontdooit ze wel een beetje en ze geeft me de kamer 127, met een mooi zicht op de kathedraal. En inderdaad. Het is een prachtig uitzicht. De kamer is prima, alles nieuw met een bed en een kast en een bureautje. Ook de toiletten en douche zijn splinternieuw en modern. 
Nadat ik me heb geïnstalleerd ga ik de stad in. Het is wel mooi, maar op maandagmiddag is er nog veel gesloten, dus het is een beetje tam.  Ik kom terecht op een terrasje tegenover de kerk van Saint-Pierre-du-Queyroix. Naast mij komt een Nederlands echtpaar zitten en natuurlijk knoop ik een gesprekje aan. Het Toon en Jean Kuys uit Leidschendam, maar oorspronkelijk uit Vlijmen. Het gesprek gaat natuurlijk over de pelgrimstocht, maar ook over allerlei andere onderwerpen en het eindigt over de vader van Toon, die toen de boterfabriek in Vlijmen sloot als een van de weinige boeren in Vlijmen koos voor de melkfabriek van Drunen in plaats van die in Den Bosch. Melkbussen nummer 4711, geloof ik. Kijk, dat moet goei botter opgeleverd hebben. 
Ik kijk nog even rond in de kerk van Saint-Pierre, met prachtige glas-in-loodramen. En dan ga ik op zoek naar een goede plek om live op Facebook te verschijnen. Ik vind een mooi plekje in het park achter de kathedraal. Vlak voordat ik live ga word ik nog aangesproken door een sjofele jongen die € 2,50 wil hebben voor de trein en allerlei onoirbare voorstellen doet. Ik laat me er maar niet teveel door afleiden.
Na het Facebook-optreden ga ik nog even terug de stad in voor een hapje en een drankje en dan ga ik terug naar mijn 'hotel'. Ondanks het open raam is het vreselijk warm, dus het valt nog niet mee om in slaap te komen. Morgen verder naar Flavignac.
 

https://www.relive.cc/view/1156287758

Foto’s

1 Reactie

  1. Toon en Jean Kuys:
    3 september 2017
    We hadden een leuk gesprek. Intussen zijn wij weer thuis. We hopen dat je geen lichamelijke ongemakken gaat krijgen en de tocht af kan maken.