Dag 9: Namen -Leffe

24 juli 2017 - Dinant, België


Aan het ontbijtbuffet is het een drukte van jewelste. Toen ik gisteren aankwam in de jeugdherberg werd er juist een buslading Spanjaarden afgeleverd. Het blijken militairen te zijn die vanuit Milaan 1200 km hebben gelopen naar hier. Ze gaan vandaag met de bus naar Breda en dan door naar Empel (of all places). Ze gedenken daar het "Wonder van Empel" of de "Slag bij Empel" uit december 1585 uit de tachtigjarige oorlog waarbij 4000 Spaanse soldaten ontsnapten aan vernietiging door de Staatse troepen. (Bron: wikipedia).
Ze vieren dus dat ze daar min of meer gewonnen hebben en voeren er nog een soort kostuumdrama op. Wouter de Fietser, die naast mij zit te ontbijten, zit in zijn vuistje te lachen. Hij komt uit Brielle en daar hebben ze die Spanjaarden er uiteindelijk weer uit geknikkerd.
Ik vertrek tegelijk met Anneke en Dick, maar ik besluit mijn eigen tempo te gaan lopen. Het is aanvankelijk mooi weer, maar na een kilometer of acht begint het te druppelen. Na 10 km houd ik weer even pauze en dan moet ik toch echt weer de regenjas aan. Door deze eerste bui van vandaag loop ik dus maar gewoon heen. 
Anneke en Dick halen mij niet meer in. Het enige dat mij inhaalt is de geur van de camembert in mijn rugzak. Misschien is het toch niet zo'n ideaal broodbeleg voor een pelgrim. Ik probeer er zoveel mogelijk van te eten, maar een hele camembert gaat je toch ook tegenstaan. En weggooien is natuurlijk zonde, want een pelgrim houdt niet van verspilling. Dus ik blijf nog even dit aroma verspreiden.
Hier in het dal van de Maas waan ik mij in Diorama, je weet wel, dat modeltreintafereel in de Efteling. Vroeger was ik er al door gebiologeerd en nog steeds gaat er geen bezoek aan de Efteling voorbij zonder dat ik die treintjes heb zien rijden (tot ergernis van de rest van de familie, maar dat is dan maar zo). Ik zie treintjes rijden, spoorbomen open en dicht gaan, bootjes varen, autootjes rijden. En ik wandel daar zomaar doorheen.
Vlak voor de sluis bij Hun haal ik een paar Nederlandse boten in. Bij de sluis houd ik een pauze en ga ik eens rustig staan bekijken hoe dat allemaal werkt. Ik maak een praatje met de Nederlanders en vertrek weer voordat zij de sluis uit zijn. Ik weet het, de camino is geen wedstrijd, maar ik kan de aandrang niet onderdrukken om een tempootje hoger te lopen, zodat ik de boten kan bijblijven tot de volgende sluis. Het lukt en ik ben bij de sluis van Houx voordat zij er doorheen zijn. 
Op dat moment wordt de lucht bijna zwart en aangezien er in Houx geen café blijkt te zijn schuil ik voor een enorme onweersbui bij het sluisgebouw. 
Al voor 15:00 uur meld ik mij bij de abdij van Leffe waar ik door een aardige dame wordt gebracht naar het pas schitterend verbouwde gastenverblijf. Er is een tweepersoons en een vierpersoons kamer. Ik kies een bed op de vierpersoons kamer, zodat Dick en Anneke straks de andere kamer kunnen nemen. Aangezien er in de abdij van Leffe, hoewel de naam anders doet vermoeden, geen Leffe wordt geschonken, wandel ik nog even naar Dinant om een Leffe te drinken.
Ik ben net op tijd terug voor de Vespers. Anneke wil dat ook wel eens meemaken. We mogen plaatsnemen in de koorbanken, waar daarna ook de paters plaatsnemen. Tijdens de gebeden buigen de paters op blijkbaar onderling afgesproken momenten. Ook Anneke buigt op een gegeven moment diep. Ik dacht dat ze misschien door de buigende paters was geinspireerd, maar later vertelt ze me dat ze last had van de houten dwarsbalk tegen haar rug.
Na de Vespers is het souper: een broodmaaltijd met dikke plakken rosbief, verschillende soorten kaas en nog andere vleeswaren. En daarnaast waren er ook nog gebakken aardappelen en gekookte witlof. Een heerlijk maal.
Vlak voordat we aan de maaltijd beginnen komt ook Tryggve binnen. Hij heeft de GR-route gelopen (dat is de Nederlandse LAW - Lange Afstands Wandelroute) met een enorme omweg en was bang dat hij geen onderdak meer zou kunnen krijgen, zeker omdat de paters nogal strikt lijken in hun communicatie. Zo had Pere Bruno laten weten dat we absoluut voor 17.30 uur binnen moesten zijn. Inmiddels was het kwart over zeven, maar Tryggve werd met open armen ontvangen als ware hij de verloren zoon. Hij kreeg een bord voor zijn neus en kon meteen mee aanvallen.
En zo hoef ik dus toch niet helemaal alleen te slapen op die vierpersoons kamer. Tryggve heeft een klein flesje wijn gekocht en ik nog een halveliterblik Leffe, dus we richten nog een beperkt bachanaal aan voordat we heerlijk gaan slapen.
Maar niet voor lang want om 2:00 uur 's nachts wordt ik wakker van een irritante piep. Ik denk eerst dat het de telefoon van Tryggve is, maar als we de deur open doen blijkt er een enorm kabaal te komen uit het brandalarm  in de gang. Na wat zoeken vind Tryggve op de zijkant van de alarmkast op de begane grond een instructie wat te doen als de sirene afgaat. Code 412 is de oplossing, dus als je er ook eens gaat slapen, dan weet je dat alvast.
 

https://www.relive.cc/view/1099133917?r=ride

Foto’s

4 Reacties

  1. Paul:
    24 juli 2017
    Martino,
    Niet al je reisverslagen komen goed binnen, maar wat wel binnenkomt is dat je vooral geniet en natuurlijk ook afziet zo nu en dan.
    Hoe gaat 't met de blaren?
  2. Ton Adriaans:
    24 juli 2017
    Beste Martijn,

    Zo te zien gaat alles goed.. Morgen de Franse grens over.
    Met vr groet
    Ton
  3. Dick:
    25 juli 2017
    Hoi Martijn, super leuk om al je verslagen te lezen. Zat vanochtend bij de kapper in Villamblard (Dordogne). Hij is een Vlaming die in FR een Nederlander knipt ;-) Vertelt hij dat in zijn gite in Camp Segret (langs de N21) zij vaak pelgrims een chambre d' hote bieden. En dat hij met zijn van 11 onlangs 2 dagen heeft gelope omdat die zich afvroeg hoe dat nou is, dat lopen. Ik ben heel benieuwd hoe je het bevalt. Uit je verslagen maak ik op dat je er plezier in hebt. En soms ook grote afstanden loopt. Zo zag ik 45 km op een dag. Dat is best veel! Heel veel plezier met lopen en tot in september in de Dordogne.
  4. Dick:
    25 juli 2017
    Zijn zoon van 11 moest het zijn.