Dag 24: Flogny-la-Chapelle - Chablis

https://www.relive.cc/view/1123440749?r=ride
In mijn eigen keukentje begin ik vandaag met het zetten van een grote pot koffie. Ik drink deze helemaal leeg voordat ik pas rond kwart voor tien de gîte verlaat. Ik ga de sleutel terugbrengen bij Marie-Francoise, die mij een kop koffie aanbiedt. Vooruit dan maar, ik heb in de afgelopen weken erg weinig koffie op. Dan nu maar een overdosis. Hoewel het een omweg is van ruim een kilometer, stuiter ik eerst langs de bakker voor mijn dagelijks brood. Het is namelijk maar zeer de vraag of ik in de eerstkomende dorpen nog een bakker tegenkom. In plaats van een pain-au-chocolat neem ik een 'drops'. Dat is een soort van koffiebroodje met chocola erin. Verandering van spijs doet eten, zal ik maar zeggen.
Vannacht heeft het geregend en het is nog steeds zwaar bewolkt. De luchten blijven de hele dag donker en dreigend, maar het lijkt erop dat de buien links en rechts aan mij voorbij trekken. 
Het eerste deel van de route gaat langs het kanaal van Boergondië. Daarna is het weer heuvelachtig terrein. Van een afstand ziet het er vriendelijk glooiend uit, maar als je er doorheen loopt zijn die heuvels toch vaak best pittig. Het dorpje Roffey vind ik erg mooi. Ik blijf maar foto's maken. Vlak voorbij het dorpje Vézannes kruis ik het spoor van de TGV. Ik vind het verschil in snelheid met name wel grappig, dus ik maak een foto. Dat vereist nog de nodige timing! Er zijn er nog meer sneller dan ik. Ik zie veel reeën vandaag. Eerst twee die in het bos voor me vluchten. Later nog een die in het veld staat te grazen en heel snel de benen neemt. En uiteindelijk een die mij wel nauwlettend in de gaten houdt, maar toch het gras blijkbaar te lekker vindt om weg te lopen.
Maar de snelste van vandaag is toch wel een straaljager, die bijzonder laag vlak over mij heen vliegt. Ik ben te laat voor een foto, maar ik kan de piloot duidelijk zien zitten. Voorlopig houd ik het toch maar gewoon op 5 km per uur.
In de routebeschrijving wordt een eenzame boom beschreven. Zo gauw ik hem zie, snap ik wat ze bedoelen. Naast de boom ga ik lunchen. Is-ie in ieder geval even niet eenzaam meer. Maar al na twee broodjes pak ik mijn spullen weer in, want nu komen de donkere luchten wel heel dichtbij. Ik loop snel door naar het eerstvolgende dorpje om daar hopelijk onder een afdak mijn pauze voort te zetten. Als ik het dorp binnenloop begint het al te druppelen. Gelukkig vind ik een mooie beschutte plek. Zodra ik eronder sta... houdt het weer op met regenen. Japie daarboven is mij blijkbaar gunstig gezind. 
Het laatste stuk is van het dorpje Collan naar Chablis. Bekend om zijn heerlijke witte wijn natuurlijk. Ik loop dus weer hoofdzakelijk tussen de wijngaarden. Op een heuvel waar ik juist Chablis in zicht krijg breekt het nu toch echt los. Ik trek snel mijn regenjas aan en doe de hoes om mijn tas. Bij een elektriciteitshuisje schuil ik even. Dan zie ik dat een niveau lager een mooiere schuilplaats is, onder een soort boog bij een telefoonantenne. Als de regen eventjes minder is, daal ik één niveau af en ga daar rustig zitten tot de bui voorbij is. 
Dan daal ik verder af tussen de wijngaarden. Nu is het het regenwater dat me links en rechts inhaalt. Er zijn er vandaag blijkbaar veel die willen laten merken dat ze sneller zijn. Laat ze maar lekker. Ik vind dit snel genoeg.
Op de camping ontmoet ik Jan Postma uit Dokkum. Hij is onderweg naar Vézelay, waar hij dit jaar zijn tocht zal eindigen en volgend jaar hopelijk weer oppakken. Hij heeft de afgelopen dagen veel met Dick en Anneke opgetrokken. Die zouden eerst ook naar deze camping gaan, maar Anneke voelde zich goed genoeg om toch door te lopen. Jan is net op weg naar de wasmachine. Hij biedt aan om om ook mijn was mee te laten draaien. Dat vind ik een fijn aanbod, dus ik kleed me snel om. Daarna zet ik de tent op, ga douchen en dan bel ik uitgebreid met Janneke, die in Boedapest zit.
Het is vanaf de camping maar een minuut of vijf lopen naar het dorp. Ik ga dus eerst maar een Chablis proeven. Hoewel het maar een klein glaasje is, is het toch de moeite waard. In een restaurant eet ik een heerlijke vissoep en een groot bord tagliatelle met zalm. Vis moet zwemmen, dus ook hier is de Chablis op zijn plaats.
Terug op de camping praat ik nog even bij met Jan aan de picknicktafel en dan is het weer tijd om te gaan slapen.