Dag 78: Bercianos del Real Camino - Mansillas de las Mulas

1 oktober 2017 - Mansilla de las Mulas, Spanje


Het is nog donker als ik vertrek uit Bercianos. Op zich is het pad best goed te zien, alleen de keien zijn een beetje lastig. Zelf loop ik in het donker liefst zoveel mogelijk zonder licht, want als je ogen gewend zijn aan het donker loopt dat eigenlijk wel prima. Helaas denkt niet iedereen daar zo over. Sommigen lopen met enorme lichtbundels. Zolang ze achter me lopen is dat niet zo erg, want dan schijnen ze ook mijn pad een beetje bij. Maar als ze voor me lopen zie ik het pad voor mijn voeten niet meer. Als een vrouw me inhaalt met zo’n lichtbundel moet ik echt een tijdje stil blijven staan tot ze een eindje weg is. 
Het is zondagochtend, dus weer tijd voor Vroege Vogels. Tegen half negen is het weer licht als ik aankom in El Burgo Ranero. Vijfentwintig jaar geleden heb ik geslapen in de albergue die toen splinternieuw was. Ik ga eerst naar deze albergue op zoek en maak wat foto’s. Dan kan ik ze vergelijken met de dia’s die ik destijds gemaakt heb. Dan loop ik weer opnieuw de hoofdstraat door om te stoppen bij een koffiebarretje. Ze hebben er fantastische tortilla. Dat ga ik zeker nog eens maken als ik weer thuis ben.
Op de straat staat een hinkelpad geschilderd. Een oude Japanse man wordt er helemaal enthousiast van. Blijkbaar kennen ze dat in Japan ook. Hij doet voor hoe zo’n hinkelpad werkt. Dat je er eerst iets op moest gooien en dan hinkelen. Supergrappig.
Angela uit Hamburg komt ook aan mijn tafeltje zitten. We hebben een gezellig gesprek en als ik vertrek vraagt ze of ze mee mag lopen. We lopen samen tot Reliegos.
Op advies van hospitaleiro Mark gaan we naar Bar Elvis. Ook Angela had in haar albergue dit advies gekregen. Ik eet er een grote bocadillo met jamon en spoel dit weg met een glas bier. Ook Steve uit Engeland komt bij ons zitten. De bar is op zichzelf al een bezienswaardigheid. Alle muren zijn volgeschreven met teksten en er staan allerlei tekeningen op. In de hoek van de bar staat een televisie aan met daarop doorlopend de film The Way. Het blijkt dat deze kroeg in de film ook voorkomt. Overal hangen krantenknipsels over dit ‘moment of fame’ en over de barman. Een bijzondere man. Hij wast zijn hoofd met het water waar hij net de tafels mee heeft afgedaan. Hij spoelt het bestek af onder het heetwaterkraantje van zijn koffiemachine. En als ik onverwacht binnenkom in de lege kroeg is hij net voor zichzelf een koffie aan het maken. Dat wil zeggen: een heel klein beetje koffie en een cocktail van diverse sterke dranken erbij. Het is zijn medicijn, zegt hij verontschuldigend en hij wijst op een grote bult op zijn elleboog. 
Na deze bijzondere ontmoeting zeg ik tegen Angela dat ik graag alleen verder loop. Het is dan nog een kleine zes kilometer naar Mansilla de las Mulas. Ik kom er rond 14.00 uur aan. Ik check in in de municipal albergue, midden in de hoofdstraat. Als ik mijn bed heb gereserveerd (door er wat van mijn spullen op te gooien), ga ik snel naar de bar aan de overkant waar op de televisie de Formule 1 te zien is. De wedstrijd is nog niet begonnen, maar het lijkt niet lang meer te duren. Kan ik mooi de start nog zien. Als ik op mijn telefoon het nieuws check zie ik dat Max Verstappen de grand prix van Maleisië heeft gewonnen. Blijkbaar is de wedstrijd al afgelopen en zit ik te kijken naar een replay. Een glas rode wijn kost hier 80 cent en dan krijg je er ook nog een tapa bij. Nu ik de uitslag al weet ga ik liever wat aan mijn blog zitten typen.
Het is op zich al een wonder dat er Formule 1 op televisie is, want overal in het dorp geeft de televisie alleen maar verslagen over het referendum in Catalonië. 
Om vijf uur gaat de supermarkt weer open. Ik koop wat spullen om voor mezelf te koken, want ik heb even genoeg van alle pelgrimsmenu’s. Ik maak soep en tomaat met ui. Het is druk in de keuken. Met name de aziaten koken veel zelf. Dat doen ze met velen en ze maken een gevarieerde maaltijd waarvoor ze veel kookpitten nodig hebben. Ik drink wijn met onder andere Mat uit Engeland en Fiva uit IJsland en ook Anaïs is er hier weer bij. Zij gaan samen op zoek naar een pelgrimsmenu. 
Ik maak op de slaapzaal kennis met John uit Engeland en Maria uit Polen. Ik schat John in de vijftig en Maria wat jonger. Ik heb ze eerder al zien wandelen. Ze lopen veelal hand in hand. Het blijkt geen caminoliefde te zijn, ze zijn samen hier naartoe gekomen. Maar het is wel een grappig stel samen.
Ik ga op een terras tegenover de albergue zitten om wat te bloggen. Anaïs komt bij me zitten en we zitten tot laat te kletsen. Er komt ook nog een Spanjaard bij, die Anaïs blijkbaar al kent. Als ik het laatste rondje haal wil hij nog een bier. Plotseling staat hij op en gaat terug naar de albergue. Hij laat het bier onaangeroerd staan. Anaïs en ik kijken elkaar verbaasd aan. Hebben we soms iets verkeerds gezegd? We zullen het waarschijnlijk nooit weten, want daarna zien we hem niet meer. Morgen ga ik naar León, waar ik na zes weken Rianne weer in de armen ga sluiten. Ik kijk er erg naar uit.  
 

https://www.relive.cc/view/1210185555

Foto’s