Dag 37: La Petite Preugne - La Châtre

21 augustus 2017 - La Châtre, Frankrijk


Op de ontbijttafel staat een serie van acht potten jam met in elke pot een lepel. Drie keer raden wat de hobby van Monique is! Ze heeft ze dus allemaal zelf gemaakt. Er wordt nog een kopje aan toegevoegd met een restje van aardbeienjam die ze gisteren heeft gemaakt. Ik probeer ze allemaal. En ze zijn heerlijk.
Als ik vertrek zitten de 12 uur zuurstof van Pierre er nog niet op, dus die zie ik helaas niet meer. Na ongeveer 1,8 kilometer lopen bedenk ik me dat ik vandaag ergens de 1000 kilometer ga halen. Ik pak mijn boekje erbij en doe nog wat rekenwerk. En jawel, gisteravond stond de teller op precies 999,0 kilometer. Dat betekent dus dat de 1000 kilometer 800 meter terug was. Nou heeft het natuurlijk geen zin om dan terug te lopen, want dan komen er nog 800 meter bij, of ik zou achteruit moeten lopen, maar dat vind ik wat overdreven. Ik besluit om dit punt te bestempelen als het "1000 KILOMETER PUNT". Wat een onwaarschijnlijk groot aantal. En ik ben nog niet eens op de helft! 
In het volgende bloemrijke dorp, Jeanvrin, loop ik nog na te genieten van mijn jubileummomentje en daardoor vergeet ik helemaal om even in de kerk te gaan kijken. Monique had verteld dat de zijdeur altijd open is en dat het erg de moeite waard was. Nou ja, helaas, ook hiervoor ga ik niet terug. Er komen nog kerken genoeg. 
Na ongeveer 9 kilometer bereik ik Chateaumeillant. Al een stukje voor dat dorp moet ik enorm naar het toilet, en dan niet voor wat ik als man dagelijks meermalen staand in de berm achterlaat. Ik droom al een beetje over een café met een toilet, koffie en wifi. Dat zou wel heel mooi zijn. Tot aan de kerk is er nog geen café gesignaleerd. Maar ik zie wel een openbaar toilet naast de kerk. Nou ben ik in het algemeen geen fan van de openbare toiletten in Frankrijk. Vaak zijn dat van die bommentrechters met voetstappen en ook vaak niet erg schoon. Maar de aandrang wint het van de weerzin en ik stap het gebouwtje binnen. Mijn hart maakt een sprongetje. Het is een nieuw maar vooral superschoon toilet. Ik zal jullie de verdere details besparen.
Flink wat lichter loop ik daarna een rondje door de kerk en koop in de winkel ertegenover 4 yoghurtjes en een blikje frisdrank. De bakker zit verderop in de straat, vertelt de winkelmeneer. Inderdaad zit daar een bakker, die ook nog eens kopjes koffie verkoopt. Chateaumeillant is voor even het paradijs.
Goed gemutst loop ik het dorp weer uit en rond 12 uur kom ik langs Néret. Ze hebben daar leuke bordjes voor de pelgrims staan. Als ik verderop over een rustige binnenweg wandel, word ik ingehaald door twee Nederlandse dames, type "Ellie Lust". Ze zijn met de fiets onderweg naar Portugal. Ze blijven daar de winter en fietsen volgend voorjaar weer terug. Wat een fantastische tocht. Ze zijn geloof ik gestart in Vezelay en ik ben de eerste pelgrim die ze tegenkomen. Waarschijnlijk komt dat doordat de fietsroute "Via oude wegen" toch op veel plaatsen afwijkt van de pelgrimswandelroute. 
Tijdens het wandelen besluit ik mijn schema voor de komende dagen wat aan te passen. Ik was van plan om in twee dagen naar Crozant te lopen, maar dat zijn twee forse etappes. Vanwege mijn scheen doe ik morgen een korte etappe naar Neuvy-Saint-Sepulchre van ongeveer 20 kilometer en daarna naar Gargilesse ongeveer 25 kilometer. Dan kan ik de derde dag naar Crozant (19 km) of misschien alweer iets verder. 
Ik houd een pauze langs de kant van de weg. Er zijn heel veel insecten en dat is vaak lastig als ze steeds op je gaan zitten of op het eten. Maar deze doen dat niet. Het lijkt wel alsof het daar een soort racebaan is. Ze vliegen met een enorme noodgang rond en maken daarbij een mooi geluid. Een soort geluid van raceauto's, maar dan natuurlijk veel zachter.
In het laatste dorp voor La Châtre kom ik langs een mooi klein kerkje, gewijd aan de Heilige Martinus. Kijk, dat is leuk om te bekijken! Heel lang doe ik er niet over, want het is een klein kerkje, en de eindstreep lonkt. 
Als ik La Châtre nader kom ik langs de Lidl en daar ga ik maar eens even mooi inkopen doen. In de hal kom ik de twee fietsende dames weer tegen, die verbaasd zijn dat ik er al ben.
Mijn overnachtingsplek voor vannacht is onderdeel van de pastorie. Er is een soort vergaderruimte annex pelgrimskeuken, met boekenkast en piano. Het is allemaal een beetje oud en kan een opknapbeurt gebruiken, maar het is schoon en voor een nacht is het prima. Boven is een slaapzaal met stapelbedden en een tafel met stoelen. Bij de douche is een kast met fris gewassen handdoeken. Dat is ook fijn.
Op het prikbord hangt een uitnodiging om (elke werkdag) om 18.00 uur naar de mis te komen. Ik besluit dat te doen. Het kerkvolk bestaat bijna alleen uit dames op leeftijd. De pastoor is ongeveer net zo oud als ik, denk ik. Aan het einde van de mis vraagt hij mij waar ik vandaan kom en wat meer details over de tocht en dan zingen ze met zijn allen nog het "Wees gegroet". Lief en hartverwarmend.
Na de mis het dan toch echt tijd voor een biertje op het terras en ik blijf daar ook maar gewoon eten. Ze hebben er een betaalbaar menu. Als ik terugkom bij de pastorie zijn alle tafels uit de keuken verdwenen. Er blijkt in de tuin een barbecue voor de medewerkers van de pastorie. Na afloop komt de pastoor, Vincent Beguin, nog even een praatje maken en dan is het tijd om te gaan slapen.
 

https://www.relive.cc/view/1144692324

Foto’s