Dag 5: Averbode - Kortenaken

20 juli 2017 - Kortenaken, België

‘s Nachts onweert het enorm. Dat moet een mooi plaatje hebben gegeven, zo'n abdij die in de nacht wordt verlicht door bliksem. Ik lig veilig en warm binnen, en ik had ook niet veel trek om het buiten te gaan bekijken.
Om half zeven gaat de wekker, want het ochtendgebed is hier om zeven uur. De paters zijn 's ochtends duidelijk minder bij stem dan 's avonds. De cantor wist (uiteraard) goed toon te houden, maar de anderen zaten er naar mijn idee vaak een halve toon naast. Dat vond ook de vrouw die elk jaar een tijdje op retraite is en die zelfs de namen kent van de paters die ernaast zaten. Met haar en met Thomas en Lorina ontbijten we, en na het afgeven van een donatie (dat hadden ze wel verdiend!) aan de gastenpater verlaten we gedrieën opgewekt de abdij. 
Thomas en Lorina gaan een andere route, want ze gaan eerst nog kris kras wat door de omgeving totdat ze verderop de Via Monastica op zullen pakken. Maar ze lopen eerst nog even mee naar de apotheek, waar ik wat tape wil kopen om mijn blaren af te plakken. De apotheker is helaas met vakantie, dus dat moet nog even wachten. Na ongeveer 2 km nemen we afscheid en trek ik weer alleen verder. 
Ik passeer het huisje van Ernest Claes, de beroemde vlaamse schrijver, die overigens samen met zijn echtgenote begraven ligt op de begraafplaats van de abdij. Hij is vooral bekend van "De Witte". Ik zal het nog eens lezen.
Ook de Maagdentoren is de moeite waard. Dit oude verdedigingswerk is een paar jaar geleden gedeeltelijk ingestort en daarna prachtig gerestaureerd. Bovenop de toren heb je een prachtig uitzicht over de omgeving. Als je goed kijkt zie je toren van de abdij nog.
In de Oranjestad Diest (een zoon van Willem de Zwijger ligt daar begraven) vindt ik zowaar een Kruidvat en daar sla ik de nodige verbandmiddelen in. Op een bankje tegenover het gemeentehuis en naast de kerk behandel ik mijn blaren. Ik wordt aangesproken door een man die ook al eens vanaf Brussel in 73 dagen (pfff) naar Santiago is gelopen. Hij gaat het waarschijnlijk volgend jaar nog eens doen, maar dan met zijn zoon en zijn 14-jarige kleinzoon. Hopelijk doen ze het dan een beetje rustiger aan. De man vertelt en en hij kan zijn emoties niet de baas. Dat doet de camino blijkbaar met je.
Als ik wil vertrekken komt er juist een feestelijk versierde oude bus het plein op rijden. In de deuropening van het gemeentehuis verschijnt een mevrouw met een mooi sjerp die blijkbaar het bruidspaar gaat ontvangen, dat ongetwijfeld in die bus zal zitten. Ik beklim de trappen van het stadhuis en vraag aan de mevrouw met de sjerp of ze ook een stempel voor me hebben. Ze loopt met me mee naar binnen en brengt me naar een jongedame die mijn credential met plezier voorziet van een stempel van het stadsbestuur van Diest. Het bruidspaar moet maar even wachten. Belangrijke zaken eerst!
Ik verlaat Diest en loop richting Kortenaken, waar ik de nacht door wil brengen. Ik heb nog geen slaapplaats gereserveerd, maar ik wil kijken of ik bij een boer of iemand met een grote tuin mijn tent op mag zetten. In Kortenaken hebben ze een kerk en daarnaast natuurlijk een cafe. En een supermarkt tegenover het café. Ik besluit eerst naar het café te gaan. Wellicht kunnen ze me daar tips geven over mogelijke overnachtingsplaatsen. Het blijkt een goede zet. Men weet me te vertellen dat de boer van de witte boerderij achter de kerk vaker mensen laat kamperen op zijn terrein. Zo komt het dus toch weer goed. Ik koop wat eten en een fles wijn bij de supermarkt en ga naar de betreffende boer. Hij blijkt niet thuis te zijn, maar zijn hond staat te blaffen aan het hek, dus ik vermoed dat hij nog wel thuis komt. 
Ik besluit mijn avondmaal op te eten op een bankje naast Bernadette (een neppe), die bij een slechte imitatie van de Lourdesgrot Maria (ook nep) zit te aanbidden. Maar het is een rustgevende entourage, dat wel. Na het eten is de boer nog steeds niet gearriveerd en ik ga voor de zekerheid op zoek naar andere mogelijkheden.
De andere buurman vraagt zich af waarom ik niet gewoon op het gras naast de kerk ga kamperen. Ik vind dat wat ver gaan, dus ik vraag nog wat verder. De volgende man die ik het vraag komt met dezelfde suggestie ("We hebben toch geen pastoor meer") en langzamerhand vind ik het eigenlijk ook niet zo'n slecht idee. De boer is nog steeds niet thuis en ik zet dus mijn tentje maar op aan de voet van de kerk. Je moet de foto misschien een beetje inzoemen om de tent te vinden, maar hij staat er echt. Met mijn fles wijn, uitzicht op de Lourdesgrot en over de velden met koeien heb ik een heerlijke avond. Er is alleen geen (wij)water om me op te frissen, maar dat komt morgen wel weer. 
 

https://www.relive.cc/view/1092924373

Foto’s